in de kroeg
dr. Heleen de Coninck
Afgelopen november vond in de Poolse stad Katowice de meest recente internationale klimaatconferentie plaats, georganiseerd door de Verenigde Naties. Daar presenteerde het Intergovernmental Panel on Climate Change (afgekort IPCC) zijn nieuwste rapport, over de gevolgen voor de wereld van een temperatuurstijging van 1,5 graad Celsius. Heleen de Coninck, verbonden aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, was hoofdauteur van het hoofdstuk dat de bevindingen van panel samenvat voor beleidsmakers. De Coninck, als een van de weinige Nederlanders betrokken bij dit recent ‘special report’ van het IPCC, vertelde over het rapport en vooral ook over hoe zo’n rapport tot stand komt. Een interessant betoog dat een mooie kijk gaf achter de coulissen bij dit toonaangevende Panel.
Allereerst verduidelijkte ze de rol van het IPCC: het panel is er vooral voor om op basis van objectieve en wetenschappelijk verantwoorde klimaatstudies relevante informatie te verzamelen over klimaatveranderingen die door de mens worden veroorzaakt, de impact van deze klimaatveranderingen op de wereld en de mogelijkheden voor noodzakelijke veranderingen. De rapporten van het IPCC zijn, als het goed is, politiek neutraal.
Het meest recente rapport over de impact van een temperatuurstijging van 1,5 graad C kwam in relatief korte tijd van anderhalf jaar tot stand. Er was een deadline afgesproken die samenviel met het congres in Katowice. Het rapport was nodig omdat een aantal kleine eilandstaten eiste dat er serieuzer nagedacht werd over een maximale temperatuurstijging van 1,5 graad C in plaats van 2 graden C, omdat de eilanden in het laatste geval door water overspoeld zouden worden. De Coninck vertelde dat elk land, ongeacht zijn, één stem heeft binnen het IPCC. Kleine landen hebben daarmee relatief veel invloed.
Het rapport werd uiteindelijk geschreven door 91 hoofdauteurs vanuit 40 landen, samen met 131 bijdragende auteurs die ruim 6000 studies beoordeelden en inbrachten in het rapport. De eerste versie van het rapport werd door ruim 1100 mensen beoordeeld en die leverden een totaal van 42001 commentaren die door de auteurs weer verwerkt werden. Uiteindelijk wordt het rapport onderschreven door alle landen in de wereld. De Coninck gaf aan dat het een mooi en spannend proces was met enorm veel tijdsdruk. Als het dan uiteindelijk toch lukt om een rapport te presenteren dat zo breed gedragen wordt, geeft dat veel voldoening.
De belangrijkste boodschappen uit het rapport zijn dat we nu al op een temperatuurstijging van ongeveer 1 graad C zitten, dat we in het huidige tempo tussen 2030 en 2052 een stijging van 1,5 graad C overschrijden, en dat het om tal van financiële redenen groot voordeel is om de temperatuur niet verder te laten stijgen. Het rapport maakt duidelijk dat het grote maatschappelijke veranderingen gaat vragen om dit voor elkaar te krijgen.
De opwarming beperken tot 1,5 graad C vraagt systeemveranderingen en een actieve verwijdering van kooldioxide uit de lucht. De systeemveranderingen passen in zes door het IPCC geformuleerde dimensies: technologisch, omgeving, economisch, sociaal/cultureel, institutioneel en geofysisch. Voor al deze dimensies heeft het rapport overzichtelijke tabellen gemaakt van de huidige stand van zaken, van haalbaarheid van veranderingen en zo meer. Typisch informatie waar beleidsmakers iets mee kunnen. Daarbij gaf De Coninck aan dat persoonlijk gedrag van iedere burger belangrijk is (minder vliegen, zonnepanelen etc.]), maar dat dit niet voldoende is. De industrie en de overheid zullen ook enorme inspanningen moeten leveren om de opwarming te beperken tot 1,5 graad C.
De levendige discussie na de pauze werd geleid door Lineke Tak, die voor de zieke James van Lidth de Jeude inviel. Veel vragen gingen over de impact van te nemen maatregelen. Daarbij benadrukte De Coninck keer op keer dat het rapport bewust niet-politiek is, maar ze wilde af en toe wel haar persoonlijke mening geven. Op een vraag uit het publiek over haar werkzaamheden voor het panel gaf ze het ontnuchterende antwoord dat het eigenlijk een veredeld soort vrijwilligerswerk was. Ze was door haar universiteit, met behoud van salaris, uitgeleend aan de Verenigde Naties en kreeg voor al haar werk alleen een vergoeding van onkosten.
Jasper Slaghuis verzorgde de muziek vooraf en in de pauze.
Tekst Ynte Schukken, fotografie Huub Eggen.
« terug naar overzicht terugblikken